De eerste keer dat ik met een van mijn lievelingscliënten het bos in ging (het zijn allemaal schatten, hoor), stapte hij stevig door. Hij praatte en praatte en elke keer als ik even niets vroeg of zei, vond hij wel weer een nieuw onderwerp om het over te hebben. Toen we bij een bankje aankwamen vroeg ik hem om gewoon in stilte even te zitten…

Ik voelde het ongemak. Zíjn ongemak. Het onrustige schuiven op de bank. De behoefte om iets te zeggen, de stilte te verbreken. Tot dat zo maar ineens wegzakte. En hij zich overgaf aan wat er was. De stilte, de natuur om ons heen; de bomen, de vogels, de wind, de wolken aan de blauwe lucht… De rust van die natuur, die de rust in ons zachtjes aanraakte. En hij zich erin kon laten zakken, in die rust, in die stilte…

Ik voelde hem ontspannen. Ik voelde zijn razende hoofd tot stilstand komen. Ik voelde hoe de stilte van buiten de stilte in hem raakte en hem overnam. En het was goed.

Toen we verder liepen, waren onze passen trager. Kleiner ook. We praatten minder en voelden meer. En bij het afscheid vertelde hij me hoe het gevoel van ongemak plaats had gemaakt voor een gevoel van: ik wil hier meer van. En hij kreeg er meer van.

Aan het einde van zijn traject met mij, voelde hij niet alleen zijn behoeften beter, hij mocht er ook aan toegeven van zichzelf. Hij nam pauzes wanneer zijn lichaam aangaf daar behoefte aan te hebben. Hij koos ervoor minder tijd op zijn gsm door te brengen. Hij voelde een beter contact met zichzelf en leerde zichzelf accepteren. Ja, zelfs van zichzelf houden.

En dat alles doordat hij de MOED had om de stilte er niet alleen te laten zijn, maar er ook diep in te duiken. Head first. Moed ja, want het vraagt nogal wat om jezelf te durven ontdekken. Om te voelen waar het spaak loopt en welk aandeel je daar zelf in hebt.

Zou jij die duik in het diepe willen nemen, maar vind je het spannend? Laat het me weten, dan duiken we samen.